Studio Asperge. Beeld, tekst. muziek.


Leven en laten leven
 
Onderburen zijn de minst riskante buren. Maar ik heb een onderbuur-echtpaar waaraan je dat niet merkt. Een keer per twee weken nodigen zij op vrijdag hun vrienden uit. Eerst gaan ze dan zuipen. Gaandeweg wordt de conversatie luider en om een uur of twee 's nachts wordt het karaoke-apparaat ingeschakeld. Dan zingt manlief heel hard op de wijs van Koos Alberts zijn grootste hit "Ik Verscheurde Je Foto" de zelf bedachte tekst "Van Je Scheur Heb Ik Een Foto". Daarom wordt dan elk refrein keihard gelachen. Ik hou van muziek en van zangers die live zingen. Maar dan moeten zij een beetje kunnen zingen en vooral goede muziek vertolken. Maar mijn onderburen hebben een smaak die geheel van de mijne afwijkt. Dat komt door hun I.Q. Dat is van sub-mongoloïde niveau. Zo houden zij van liedjes als "If I were a rich man" met die vervelende tweede regel: "Yajdeldiedeldiedeldiedeldiedeldiedeldiedeldum" Ik kan me er niet toe zetten om de betekenis van deze regel in het woordenboek op te zoeken.Wie het weet mag het zeggen en onder de juiste inzenders zal een rijbewijs worden verloot. Ook het liedje "I'm a train, I'm a tsjukke train, yeah" is een enorme favoriet. Hoe kan iemand toch van zo'n draak houden?
 
Als de alcohol goed begint te werken, om een uur of vier 's nachts, kun je constateren dat het gezelschap een agressieve dronk heeft. Dan wordt er ruzie gemaakt tot de kledders eraf vliegen. Vaak kan ik ze woordelijk volgen. De laatste sessie bevatte een serie uitroepen waarvan ik de volgende heb onthouden: "Het kan me niet schelen met wie je allemaal naar bed gaat; ik heb ook gevoelens godverdomme." Waarschijnlijk was dit een uitspraak aan het adres van de hond. Een grote grijze stinkende bouvier natuurlijk. Op sommige tweewekelijkse vrijdagavonden hoor ik niets. Dan zit 'De Familie Miskraam', zoals ik ze in gedachten noem, op de camping. Ik hoop dat ze dan bij die nachtelijke ruzies het chemisch toilet over elkaar uitkieperen.
 
Maar onder mijn huis gaan de meningsverschillen vaak tot vijf uur 's nachts door. Vaak wordt het strijdtoneel dan naar de straat verplaatst. Mijn andere buren hebben mij verteld dat de vader des huizes, Jan Boeren (ik zweer dat ik deze naam niet verzin en ik hoop dat zijn vrouw Greet Fluitjes heet) wel eens een pistool in de straat heeft afgevuurd. Helaas mikte hij daarbij niet op zijn eigen knikker.
 
Zijn buurman op nummer 68 is niet zo'n zachtgekookt ei als ik, maar vrij assertief. Die klaagt wel eens voorzichtig tegen Jan. Daarom heeft Jan een hekel aan hem. Afgelopen vrijdag stond hij op straat met gebalde vuist en dikke tong te schreeuwen: "En waar ben je nu, jij op nummer 68? Kom eens naar buiten als je durft? Nee, nu durf je niet hè? Kom op dan!" Dat getier ging een minuut of tien door. Toen werd vijftig meter verderop in de straat een van de 36 ramen geopend waarachter eerder licht was aangeflitst. Een man stak zijn slaperig hoofd naar buiten en sprak: "Nummer 68 is met vakantie", waarna hij het raam weer sloot.
 
Jan en zijn familie zijn echte Jordanezen. Het is goed dat geboren Amsterdammers zo van zichzelf houden. Dan houdt er tenminste iemand van ze. Maar wij zitten er maar mee. Laatst keek ik van mijn balkon naar beneden en daar zat Jan aan zijn brommertje te sleutelen. Het was zondagochtend acht uur en hij gebruikte een schuurapparaat dat op het brommermetaal een afgrijselijk lawaai maakte. Hij zat op zijn hurken en ik kon de haren in zijn van vet glimmende bilspleet tellen. Zelfs een paard heeft nog geen manen in de bilspleet. Mijn fantasie nam toen de vrije loop en ik dagdroomde dat ik een rot ei naar beneden gooide. regelrecht in die behaarde spleet. Maar aan de Familie Miskraam zal ik nooit een rot ei opofferen.