Studio Asperge. Beeld, tekst. muziek.

Terwijl Tanja sliep
 
In het Limburgse Maastricht werd een keer een barbecue georganiseerd in een mergelgrot. Ik was daarbij. Het was heel gezellig en het werd laat. Omdat ik het bestek ter beschikking had gesteld, bleef ik tot het einde van de avond. Iedereen ging naar huis en ik begon mijn spullen bij elkaar te zoeken. In een zijgang van de grot vond ik een meisje dat ook meegedaan had aan de barbecue. Haar naam was Tanja. Zij lag daar op het verpulverde mergel te slapen. Vreemd dat niemand haar gemist had. Ik riep haar naam, maar zij bleef in slaap. Met een mes sloeg ik op een pandeksel en riep nogmaals haar naam. Weer geen reactie. In zo'n grot is het koud en als je op de grond gaat liggen slapen, vraag je om moeilijkheden. Daarom vond ik dat ze wakker moest worden. Ook wilde ik haar daar niet achterlaten. Het zou voor haar niet leuk zijn om daar door iedereen verlaten alleen wakker te worden. Daarvan zou ze weleens kunnen schrikken. Ik pakte haar arm die een beetje koel aanvoelde, en schudde eraan terwijl ik weer haar naam riep. Deze keer vlak bij haar oor. Maar weer geen resultaat. Ik begon het een beetje belachelijk te vinden en voelde een melige stemming opkomen. "Tanja, wakker worden! Je hebt de verkiezingen gewonnen!" schreeuwde ik met schelle stem. Maar het meisje bleef slapen. "Hartelijk gefeliciteerd!" schreeuwde ik nu nog harder. "Je mag een maand lang gratis winkelen!" Ik maakte met mijn handen een toeter om mijn mond en zette een lage stem op "Hier spreekt de Rijkspolitie. Alle meisjes die in grotten liggen te slapen moeten terstond wakker worden. Ze zijn omsingeld." Maar wat ik ook riep, Tanja sliep. Daarom begon ik haar doorelkaar te schudden. Ik schudde haar schouders en haar slapende hoofd zwaaide heen en weer. Maar ze werd niet wakker. Wat moest ik doen? Zoiets had ik nog nooit meegemaakt. Ja, ik had natuurlijk een EHBO-cursus gevolgd, maar daar had ik niets geleerd over slapende mensen wakker maken. Wel had ik er leren reanimeren. Misschien kon ik eens proberen haar te reanimeren... Dat plan verwierp ik en ik stond op om de laatste spullen bij elkaar te zoeken. Die stopte ik in een tas en liep naar buiten. De tas hing ik aan mijn fietsstuur. Alles was nu opgeruimd. Ik kon de oplossing van de Tanja-kwestie niet langer voor me uit schuiven. Ze kon hier niet blijven, dus moest ik alles op alles zetten om haar wakker te krijgen. Ik liep kordaat de grot binnen en herhaalde de eerdere procedure. Maar Tanja bleef met een gelukzalige glimlach op haar lieve gezichtje regelmatig ademhalen. Ik besloot haar instincten te gaan aanspreken.
 
De weekendeditie van dagblad 'De Limburger', waarop Tanja's rechterbeen rustte, bracht mij op dat idee. Ik tilde haar been op en pakte de krant. Met mijn aansteker stak ik het sportkatern in brand, terwijl ik keek of Tanja daarop reageerde. Maar zelfs haar gelaatsuitdrukking bleef onveranderd. Ik wreef over mijn kin met in mijn andere hand het brandende sportkatern. "Brand! Brand!" schreeuwde ik terwijl ik de vlammen vlak bij haar gezicht hield. De klanken weerkaatsten tegen de grotwand. Maar wakker werd ze niet. daarom trapte ik de krant uit. Ik greep Tanja onder haar oksels en zette haar rechtop. Slap bleef ze hangen. Ik sleepte haar naar buiten met haar hakken schuivend over de grond. Ik sloeg haar ene been over de bagagedrager van mijn fiets en legde haar bovenlichaam op het zadel. Uit de tas pakte ik mijn fototoestel en maakte snel een foto (die hierbij te zien is). Dan kon ik later zien dat ik nu niet droomde.
 
Ik zette Tanja rechtop, ging op het zadel zitten en sloeg haar armen om mijn middel. met een hand aan het stuur en de andere op Tanja's armen begon ik te fietsen. Ik wist gelukkig waar haar ouders woonden. In de Neutronstraat, een zijstraat van de Einsteinstraat. Op de hoek van die straat stond een man met een hoed op in het schijnsel van een straatlantaarn. Hij had een poepende hond aan de lijn en keek mij heel vreemd aan. Blijkbaar had hij nog nooit iemand met een slapend meisje achterop gezien. Ik keek eerst even net zo vreemd terug, waarbij ik zijn gezichtsuitdrukking probeerde te imiteren en knikte hem toen vriendelijk toe. De hond was gestopt met poepen en stond aan zijn riem te trekken. De man leek zich op te winden en dat bleek inderdaad zo te zijn want plotseling riep hij: "Wat doe je daar met mijn dochter?" Ik remde. "O, bent u de vader; ik breng haar thuis. Ze is alvast gaan slapen." Nu glimlachte de man. "Is het weer zover? Als Tanja slaapt, kun je een kanon afschieten." Ik knikte "Dat klopt." Samen haalden we Tanja van de fiets en Pa ontsloot de voordeur van zijn huis. Hij bedankte mij en nodigde mij uit om nog eens langs te komen als Tanja wakker was. Dat heb ik nooit gedaan en ik heb later ook niet meer met Tanja over die avond gesproken.
 
haar adres heb ik nog wel.